Examples of using "Love" in a sentence and their dutch translations:
Wat is liefde?
Ik hou van aubergines.
Heb je kameraden lief! Heb je ouders lief! Heb je vaderland lief!
"Ik hou van jou!" "Ik hou ook van jou!"
- Ik hou van je.
- Ik zie u graag.
- Ik hou van je!
- Ik hou van jou!
Kinderen houden van honden.
Heb uw naaste lief.
- Ik hou ervan!
- Ik hou ervan.
- Ik houd ervan.
- Ik hou van je.
- Ik zie u graag.
Ik hou van de herfst.
Ik hou van barbecueën.
Heb uw naaste lief.
Ik hou van koken.
Ik hou van kinderen.
Ik hou van aubergines.
Is dit liefde?
- Ik hou van knoflook.
- Ik hou van knoflook!
Kinderen houden van honden.
Ik hou van spek!
Ik hou van kittens.
- Ik hou van mijn moeder.
- Ik hou van mijn vader.
- Ik hou van mijn ouders.
- Liefde is klote.
- Liefde zuigt.
Liefde duurt.
Liefde doet pijn.
Wat een liefde!
- Groetjes, John.
- Hou van John.
Hou van me!
Liefs, Jon.
- Mijn lieveling!
- Lieverd!
Liefde vergeeft niet.
Ik ben gek op dansen.
Ik hou van koken.
Ik hou van rock.
Liefde is niet genoeg.
Ik hou van de natuur.
Liefde is blind.
Ik hou van vertalen.
Ik hou van mijn moeder.
Ik hou van Kabylisch eten.
Ik zal altijd van je houden.
Ik zal altijd van je houden.
Ik zal altijd van je houden.
- Ze is mijn eerste liefde.
- Hij is mijn eerste liefde.
Ik zal altijd van je houden.
Ik zal altijd van je houden.
- Ik hou van je en zal altijd van je blijven houden.
- Ik zie u graag en zal dat altijd blijven doen.
- Hou je van mij?
- Hou je van me?
Ik hou meer van jou dan jij van mij.
Ik hou van die stoel.
Ze houden van dat lied.
- Ik hou van je.
- Ik hou van jou.
Bedrijf de liefde, niet de oorlog.
Ik hou van mijn moeder.
Ik hou van dit liedje.
- Ik houd van de Noorse taal!
- Ik houd van het Noors!
Zijn ouders houden van me.
Ik hou van appelsap.
Ik hou van mijn stad.
- Ik houd van deze foto.
- Ik hou van deze foto.
Ik hou van kerstliedjes.
Ik hou van Franse films.
Ik hou ook van jou.
Ik hou van Kabylische gerechten.