Translation of "Opendoen" in Spanish

0.003 sec.

Examples of using "Opendoen" in a sentence and their spanish translations:

Moet ik alles opendoen?

¿Tengo que abrir todo?

Mag ik het raam opendoen?

¿Puedo abrir la ventana?

Kun je het raam opendoen?

¿Puedes abrir la ventana?

Moet ik het venster opendoen?

¿Tengo que abrir la ventana?

Kan ik mijn ogen opendoen?

¿Puedo abrir los ojos?

Excuseer, mag ik het venster opendoen?

- Perdone, ¿puedo abrir la ventana?
- Disculpe, ¿le importaría si abro la ventana?

Kan iemand de deur opendoen alsjeblieft?

¿Podría alguien abrir la puerta, por favor?

- Kan je de deur voor mij openen?
- Kan je de deur voor mij opendoen?
- Kun je voor mij de deur opendoen?

¿Puedes abrirme la puerta?

- Kun je het raam opendoen?
- Kun je het venster openen?

¿Puedes abrir la ventana?

- Kan ik mijn ogen opendoen?
- Kan ik mijn ogen openen?

¿Puedo abrir los ojos?

- Kan je de deur voor mij openen?
- Kan je de deur voor mij opendoen?
- Kun je voor mij de deur opendoen?
- Kan je me naar buiten laten?
- Kun je me binnenlaten?

¿Puedes abrirme la puerta?