Translation of "Openen" in Italian

0.009 sec.

Examples of using "Openen" in a sentence and their italian translations:

- Kun je het venster openen?
- Kunt u het venster openen?

Ti dispiace aprire la finestra?

Laten we het openen.

Apriamolo.

Zij openen de deur.

- Aprono la porta.
- Loro aprono la porta.

Mag ik deze doos openen?

Posso aprire questa scatola?

De rits wil niet openen.

- La cerniera non si aprirà.
- La cerniera lampo non si aprirà.
- La zip non si aprirà.
- La lampo non si aprirà.

Jullie geest en hart te openen

ad aprire le vostre menti e i vostri cuori

Tom kon de deur niet openen.

- Tom non poteva aprire la porta.
- Tom non riusciva ad aprire la porta.

Gelieve het venster niet te openen.

- Non aprire la finestra, per favore.
- Non aprire la finestra, per piacere.

Tom zal de deur niet openen.

Tom non aprirà la porta.

Ik wil het venster niet openen.

Non voglio aprire la finestra.

Ze vroeg mij het venster te openen.

- Mi ha chiesto di aprire la finestra.
- Mi chiese di aprire la finestra.

Ik vroeg Tom het raam te openen.

Ho chiesto a Tom di aprire la finestra.

Tom heeft problemen met het openen van flessen.

Tom ha dei problemi nell'aprire le bottiglie.

Ik heb niets om het blik te openen.

- Non ho nulla con cui aprire il barattolo.
- Non ho niente con cui aprire il barattolo.

Ik dacht dat de sleutel alles kon openen.

Credevo che la chiave aprisse tutto.

- Doe het raam open, alstublieft.
- Kun je het venster openen?

Ti dispiace aprire la finestra?

- Kun je het raam opendoen?
- Kun je het venster openen?

- Ti dispiacerebbe aprire la finestra?
- Le dispiacerebbe aprire la finestra?
- Vi dispiacerebbe aprire la finestra?

- Kan ik mijn ogen opendoen?
- Kan ik mijn ogen openen?

Posso aprire gli occhi?

Sadako wou er nog meer aan toevoegen, maar haar mond wou maar niet openen.

Sadako voleva dire di più, ma bocca e lingua non volevano saperne di muoversi.

- Ik opende.
- Ik maakte open.
- Ik was aan het openen.
- Ik was open aan het maken.

- Aprivo.
- Io aprivo.

- Kan je de deur voor mij openen?
- Kan je de deur voor mij opendoen?
- Kun je voor mij de deur opendoen?
- Kan je me naar buiten laten?

- Mi puoi aprire la porta?
- Puoi aprirmi la porta?

- Kan je de deur voor mij openen?
- Kan je de deur voor mij opendoen?
- Kun je voor mij de deur opendoen?
- Kan je me naar buiten laten?
- Kun je me binnenlaten?

- Mi puoi aprire la porta?
- Puoi aprirmi la porta?