Translation of "Geloofde" in Spanish

- Ik geloofde je.
- Ik geloofde u.
- Ik geloofde jullie.

Te creí.

Niemand geloofde mij.

- Nadie me creyó.
- Nadie me creía.

Niemand geloofde Tom.

Nadie le creía a Tom.

Tom geloofde Maria.

Tom le creía a María.

Eerst geloofde niemand mij.

Al principio nadie me creyó.

Tom geloofde niet wat Maria zei.

Tom no se creía lo que había dicho María.

Hij geloofde nooit wat ik hem zei.

Él nunca me creyó lo que le dije.

Ik geloofde dat hij een arts was.

Creí que él era un doctor.

Ik geloofde dat hij zijn belofte zou houden.

Creí que él mantendría su promesa.

- Geloofde u in de Kerstman toen u een kind was?
- Geloofde jij in de Kerstman toen je een kind was?

¿Creías en Santa Claus cuando eras niño?

De voorzitster keek alsof ze zijn uitleg niet geloofde.

La presidenta parecía como si no creyera su explicación.

Tot welke leeftijd geloofde jij nog in de Kerstman?

- ¿Hasta qué edad creíste en Santa Claus?
- ¿Hasta qué edad seguiste creyendo en Santa Claus?

Ik kan het niet geloven dat ik hem geloofde.

No puedo creer que yo le creyera.

Bijna niemand geloofde dat jachtluipaarden in 't donker konden jagen.

Pocos creían que los guepardos cazaban después del anochecer.

Toen ik nog klein was, geloofde ik in de Kerstman.

Cuando yo era niño creía en Papá Noel.

Niemand geloofde Kevin, omdat alles wat hij ooit vertelde sterke verhalen waren.

Nadie creyó a Kevin porque todo lo que alguna vez dijo acabaron siendo patrañas.

- Waarom hebt ge mij niet geloofd?
- Waarom geloofde je me niet?
- Waarom geloofde u me niet?
- Waarom geloofden jullie me niet?
- Waarom heb je mij niet geloofd?

¿Por qué no me creíste?

Maar er was één persoon die niet geloofde dat ik mijn verdriet overwonnen had.

Pero hubo una persona que no se creyó mi historia de triunfo sobre el dolor.