Translation of "Markt" in Portuguese

We gaan naar de markt.

- Estamos indo ao mercado.
- Nós estamos indo ao mercado.

Ze liepen door de markt.

Eles andaram de um extremo ao outro do mercado.

Xavier verkoopt avocadobrood op de markt.

Xavier vende pão de abacate no mercado.

- Heb je het op de zwarte markt gekocht?
- Heeft u het op de zwarte markt gekocht?
- Hebben jullie het op de zwarte markt gekocht?

- Você o comprou no mercado negro?
- Você comprou isso no mercado negro?

Het straatje geeft uit op de markt.

A ruazinha desemboca no mercado.

...moeten we die markt leren kennen en haar organiseren.

devíamos procurar pegar nesse mercado, conhecê-lo, organizá-lo

Ik zag je-weet-wel vandaag op de markt.

Eu vi você sabe quem no mercado hoje.

Ik ga naar de markt, heb jij iets nodig?

Eu vou ao mercado, você precisa de algo?

De markt zal nooit woningen aan de armsten geven. Nooit.

E o mercado nunca dará casas aos pobres. Jamais.

Mijn moeder gaat elke dag naar de markt om dingen te kopen.

Minha mãe vai ao mercado todos os dias para comprar coisas.