Translation of "Sleutels" in Polish

- Ik heb mijn sleutels verloren.
- Ik ben mijn sleutels kwijt.

- Zgubiłem swoje klucze.
- Zgubiłem moje klucze.
- Zgubiłam moje klucze.

Hier zijn je sleutels.

- Oto pańskie klucze.
- Tutaj są twoje klucze.

Geef Tom zijn sleutels.

Daj Tomowi swoje klucze.

Ik heb mijn sleutels verloren.

- Zgubiłem moje klucze.
- Zgubiłam moje klucze.

De sleutels liggen op tafel.

Klucze leżą na stole.

Ik liet mijn sleutels vallen.

Upuściłem klucze.

Ik kon mijn sleutels niet vinden.

Nie mogłem znaleźć kluczy.

Ik heb de hele dag mijn sleutels lopen te zoeken.

Szukałem moich kluczy przez cały dzień.

Er liggen vijf voorwerpen op het dienblad, drie ervan zijn sleutels.

Na tacy leży pięć przedmiotów, trzy z nich to klucze.