Translation of "Minuten" in German

- Wacht alstublieft vijf minuten.
- Wacht alsjeblieft vijf minuten.

Bitte warten Sie fünf Minuten.

Slechts vijftien minuten.

Nur fünfzehn Minuten.

Nog vijftien minuten.

Noch fünfzehn Minuten.

- Gelieve vijf minuten te wachten.
- Wacht alsjeblieft vijf minuten.

Bitte warten Sie fünf Minuten.

- Geef ons drie minuten.
- Geeft u ons drie minuten.

- Gib uns drei Minuten.
- Geben Sie uns drei Minuten.
- Gebt uns drei Minuten.

Zet 48 uur om in minuten, hoeveel minuten zijn dat?

Wenn du 48 Stunden in Minuten umrechnest, wie viele Minuten sind das dann?

Twee minuten voor overleg.

(MS) Zwei Minuten zum Debattieren.

We hebben drie minuten.

Wir haben drei Minuten.

Geef ons drie minuten.

Gebt uns drei Minuten.

- Laten wij tien minuten pauze nemen.
- Laten we tien minuten pauzeren.

- Lass uns eine zehnminütige Pause machen.
- Legen wir eine zehnminütige Pause ein!
- Lasst uns zehn Minuten Pause machen!

- Hij komt over tien minuten.
- Hij zal er over tien minuten zijn.

- Er kommt in zehn Minuten.
- Er wird in zehn Minuten da sein.

Gelieve vijf minuten te wachten.

- Bitte warten Sie fünf Minuten.
- Warten Sie bitte fünf Minuten.

Hij komt over tien minuten.

Er kommt in zehn Minuten.

Ik heb 30 minuten nodig.

Ich brauche dreißig Minuten.

Een uur heeft zestig minuten.

- Eine Stunde hat sechzig Minuten.
- Eine Stunde zählt 60 Minuten.

Geeft u ons drie minuten.

- Geben Sie uns drei Minuten.
- Gebt uns drei Minuten.

Anderhalf uur is negentig minuten.

Anderthalb Stunden sind neunzig Minuten.

- Hij zal over tien minuten terug zijn.
- Hij is over tien minuten terug.

- Er ist in zehn Minuten zurück.
- Er wird in zehn Minuten zurückkommen.
- Er kommt in zehn Minuten zurück.

- Kan je me tien minuten helpen?
- Zou je me tien minuten kunnen helpen?

Könntest du mir zehn Minuten behilflich sein?

- Kan ik je over twintig minuten terugbellen?
- Kan ik je binnen twintig minuten terugbellen?

Kann ich dich in den nächsten zwanzig Minuten zurückrufen?

Ik ben over tien minuten terug.

Ich bin in zehn Minuten zurück.

- Slechts een kwartier.
- Slechts vijftien minuten.

Nur fünfzehn Minuten.

De trein had tien minuten vertraging.

Der Zug hatte zehn Minuten Verspätung.

Het is tien minuten voor elf.

Es ist zehn vor elf.

Hij verscheen dertig minuten te laat.

Er kam mit 30 Minuten Verspätung.

Ik kom over enkele minuten terug.

Ich bin in ein paar Minuten wieder da.

Hij sprak tien minuten zonder onderbreking.

Er redete zehn Minuten lang ohne Unterbrechung.

Mijn klok loopt vijf minuten voor.

Meine Uhr geht fünf Minuten vor.

Laat de thee tien minuten trekken.

Lass den Tee zehn Minuten ziehen.

De klok loopt tien minuten achter.

Die Uhr geht zehn Minuten nach.

Laten wij tien minuten pauze nemen.

- Lass uns zehn Minuten Pause machen.
- Lass uns eine zehnminütige Pause machen.
- Lass uns eine 10-Minuten-Pause einlegen.
- Machen wir zehn Minuten Pause.

Ik heb tien minuten lang gewacht.

- Ich habe zehn Minuten lang gewartet.
- Ich wartete zehn Minuten.

De wekker loopt tien minuten voor.

Der Wecker geht zehn Minuten vor.

Ik heb een paar minuten nodig.

Ich brauche ein paar Minuten.

De trein gaat iedere dertig minuten.

- Der Zug fährt alle halbe Stunde.
- Der Zug fährt jede halbe Stunde.

De trein vertrekt over vijf minuten.

Der Zug fährt in fünf Minuten ab.

Gelieve alstublieft dertig minuten te wachten.

Bitte warten Sie dreißig Minuten.

U bent tien minuten te laat.

- Du bist zehn Minuten zu spät.
- Sie sind zehn Minuten spät.

De bus rijdt iedere vijftien minuten.

Der Bus fährt alle fünfzehn Minuten.

Ik ben er over tien minuten.

Ich komme in zehn Minuten.

De trein vertrekt binnen vijf minuten.

Der Zug fährt binnen fünf Minuten ab.

Hij vertrok ongeveer tien minuten geleden.

Er ist seit ungefähr zehn Minuten weg.

De film begint over dertig minuten.

Der Film fängt in einer halben Stunde an.

Laten we nog vijf minuten wachten.

Lasse uns weitere 5 Minuten warten.

Hij is over tien minuten terug.

- Er ist in zehn Minuten zurück.
- Er wird in zehn Minuten zurückkommen.
- Er kommt in zehn Minuten zurück.

Over twintig minuten bel ik terug.

Ich rufe in zwanzig Minuten wieder an.

We gaan landen over vijftien minuten.

Wir landen in fünfzehn Minuten.

Tom arriveerde drie minuten te vroeg.

Tom ist drei Minuten früher angekommen.

De bus vertrekt over vijf minuten.

Der Bus fährt in fünf Minuten ab.

- Ik heb de trein gemist op twee minuten na.
- Ik miste de trein op twee minuten.

Ich verpasste den Zug um zwei Minuten.

- Na tien minuten was alles terug in orde.
- Na tien minuten was alles weer in orde.

Nach zehn Minuten war alles wieder in Ordnung.

- Mijn uurwerk loopt per dag twee minuten achter.
- Mijn horloge loopt iedere dag twee minuten achter.

Meine Uhr geht täglich zwei Minuten nach.

- Ik kan over 10 minuten op school zijn.
- Ik kan de school in 10 minuten bereiken.

Ich kann in 10 Minuten zur Schule gehen.

Kan ik je over twintig minuten terugbellen?

Kann ich dich in zwanzig Minuten zurückrufen?