Translation of "Dat" in Polish

0.013 sec.

Examples of using "Dat" in a sentence and their polish translations:

- Check dat.
- Controleer dat.

Przebadaj to.

- Dat werkte.
- Dat had gewerkt.

To zadziałało.

- Dat is genoeg.
- Dat volstaat.

To wystarczy.

- Telt dat?
- Doet dat ertoe?

Czy to się liczy?

Dat is goed. Dat naar beneden.

Okej, dobrze. Ściągam.

Dat betekent dat het goed brandt.

To znaczy, że będzie się dobrze palić.

Is een idee dat dat ontkent,

postawa, która temu przeczy,

- Dat is ongebruikelijk.
- Dat is ongewoon.

To niecodzienne.

Ze bevestigden, dat dat waar was.

Potwierdzili, że była to prawda.

- Is dat zo?
- Is dat waar?

Czy to prawda?

- Dat is gerechtigheid.
- Dat is rechtvaardigheid.

To jest sprawiedliwość.

- Dat zijn cadeaus.
- Dat zijn geschenken.

To są prezenty.

- Dat is vreemd.
- Dat is raar.

To dziwne...

- Dat is jammer.
- Dat is betreurenswaardig.

- To przykre.
- A to pech.

- Dat was onverwacht.
- Dat kwam onverwacht.

To było nieoczekiwane.

- Ik wil dat je weet dat ik dat echt niet wilde doen.
- Ik wil dat u weet dat ik dat echt niet wilde doen.
- Ik wil dat jullie weten dat ik dat echt niet wilde doen.

Chcę, żebyś wiedziała, że naprawdę nie chciałem tego zrobić.

- Ik denk dat ze dat met opzet doen.
- Ik denk dat ze dat expres doen.

Myślę, że oni to robią celowo.

Dat klopt.

To prawda.

Controleer dat.

Sprawdź to!

Pak dat.

- Weź to.
- Weź tamto.

Dat hielp.

To pomogło.

Hou dat.

Zatrzymać to.

Helpt dat?

Czy to pomaga?

Moet dat?

Czy to konieczne?

Dat betekent dat we de anatomie bestuderen,

To taka zgrabna nazwa, mówiąca, że badamy anatomię,

...dat touw knapt. Dat is een dodenval.

i poczuć, że lina się przeciera i zrywa. To pewna śmierć!

"Wie is dat meisje?" "Dat is Keiko."

„Kim jest ta dziewczyna?” „To Keiko.”

Dat is iets dat vrij vaak gebeurt.

To coś, co zdarza się całkiem często.

Tom zou willen dat ik dat zei.

Tom chciałby, żebym to powiedział.

- Dat viel mee.
- Dat viel wel mee.

To nie było wcale takie złe.

Ik denk dat dat een waarschuwing is.

Myślę, że to jest ostrzeżenie.

- Dat is onzin.
- Dat slaat nergens op.

To nie ma sensu.

- Dat heb ik gezegd.
- Ik zei dat.

Ja to powiedziałem.

- Dat kan niet!
- Dat is niet mogelijk!

To niemożliwe!

- Dat is vreemd.
- Dat is raar.
- Raar.

Dziwne.

- Dat betekent niets.
- Dat wil niets zeggen!

To nic nie znaczy!

- Dat zal niet gebeuren.
- Dat gebeurt niet.

To się nie zdarzy.

- Wat betekent dat?
- Waar staat dat voor?

Co to znaczy?

- Dat is niet waar.
- Dat klopt niet.

To nieprawda.

- Wat was dat?
- Wat was dat dan?

Co to było?

- Deed ik dat?
- Heb ik dat gedaan?

Zrobiłem to?

Dat meisje dat met John aan het praten is, dat is Susan.

Dziewczyna, która rozmawia z Johnem, to Susan.

- Wist je dat niet?
- Wist u dat niet?
- Wisten jullie dat niet?

Nie wiedziałeś tego?

- Dit is grappig.
- Dat is leuk.
- Dat is grappig.
- Dat is amusant.

To jest zabawne.

- Is dat jouw kamer?
- Is dat uw kamer?
- Is dat jullie kamer?

Czy to twój pokój?

- Is dat uw paraplu?
- Is dat jouw paraplu?
- Is dat jullie paraplu?

Czy to twoja parasolka?

- Wat betekent dat?
- Wat heeft dat te betekenen?
- Waar staat dat voor?

Co to znaczy?

- Ik wist niet dat we dat moesten doen.
- Ik wist niet dat we geacht werden dat te doen.

- Nie wiedziałem, że powinniśmy to zrobić.
- Nie wiedziałam, że powinniśmy to zrobić.

- Dank je, dat is alles.
- Bedankt, dat is alles.
- Bedankt, dat was het.

Dziękuję, to wszystko.

Ze vegen over dat vlak. Hoor je dat?

Zmiecie ten stok. Słyszeliście?

Dat betekent in feite dat al je datinggeschiedenis

Oznacza to, że twoja historia randek

Nu zijn dat 20.000 families. Dat is 0,5%.

Dzisiaj mamy 20 000 takich rodzin. To 0,5%.

Ik hoop dat we dat wrak snel vinden.

Obyśmy szybko znaleźli ten wrak.

Zie je dat melkachtige sap dat eruit komt?

Widzicie ten mleczny sok?

Dat is de reden dat hij boos werd.

To jest powód dla którego jest rozgniewany.

- Meen je dat echt?
- Meen je dat serieus?

Mówisz serio?

- Dat moest ík zeggen!
- Dat was mijn zin!

To jest moje zdanie!

Maar wetenschappers voorspellen dat dat nummer omhoog gaat

Ale naukowcy przypuszczają, że liczba ta wzrośnie.

Dat is geen kat. Dat is een hond.

To nie jest kot. To pies.

- Dat versta ik niet.
- Dat begrijp ik niet.

Nie rozumiem tego.

- Weet u dat zeker?
- Weet je dat zeker?

Jesteś tego pewien?

- Ja. Dat is juist.
- Ja, dat is correct.

Tak. To prawda.

- Dat is onze buurvrouw.
- Dat is onze buurman.

To nasza sąsiadka.

Dat is het beste restaurant dat ik ken.

To najlepsza restauracja, jaką znam.

Men zegt dat hij dat boek geschreven heeft.

Mówi się, że to on napisał tę książkę.

Ik denk dat dat een competent persoon is.

Myślę, że to kompetentna osoba.

We hadden ergens verwacht dat dat zou gebeuren.

Spodziewaliśmy się, że to może się stać.

- We waarderen dat.
- Dat stellen we op prijs.

Doceniamy to.

- Dat is te duur!
- Dat is te duur.

To za drogo!

- Dat zei ik.
- Dat is wat ik zei.

To właśnie powiedziałem.

Het is spijtig dat je dat niet weet.

Szkoda, że nie wiesz.

- Is dat uw huis?
- Is dat jouw huis?

Czy to twój dom?

- Zijn dat jouw handschoenen?
- Zijn dat uw handschoenen?

Czy to twoje rękawiczki?

Ik denk dat dat een oprechte vrouw is.

Myślę, że to szczera kobieta.

Dat is instabiel.

Będzie niestabilny.

Zie je dat?

Widzicie?

Dat is goed.

Super!

Dat scheelde weinig.

Było blisko!

Dat moet opnieuw.

Musimy spróbować jeszcze raz.

Hoor je dat?

Słyszycie?