Translation of "Geweest" in German

0.012 sec.

Examples of using "Geweest" in a sentence and their german translations:

Nooit geweest ook.

Das waren wir noch nie.

- Dat is altijd zo geweest.
- Zo is dit altijd geweest.

Das ist immer so gewesen.

Het is leuk geweest.

Es hat Spaß gemacht.

Waar is Tom geweest?

Wo ist Tom gewesen?

Waar ben je geweest?

- Wo warst du?
- Wo bist du gewesen?

- Ben je ooit in Frankrijk geweest?
- Bent u ooit in Frankrijk geweest?
- Zijn jullie ooit in Frankrijk geweest?

- Warst du schon mal in Frankreich?
- Waren Sie schon mal in Frankreich?
- Wart ihr schon mal in Frankreich?

- Ben je ooit in Scandinavië geweest?
- Bent u ooit in Scandinavië geweest?
- Zijn jullie ooit in Scandinavië geweest?

- Warst du schon einmal in Skandinavien?
- Wart ihr schon einmal in Skandinavien?
- Waren Sie schon einmal in Skandinavien?

- Ben je in het buitenland geweest?
- Bent u in het buitenland geweest?
- Zijn jullie in het buitenland geweest?

- Warst du schon mal im Ausland?
- Waren Sie schon mal im Ausland?
- Wart ihr schon mal im Ausland?

- Ben je ooit in Canada geweest?
- Bent u ooit in Canada geweest?
- Zijn jullie ooit in Canada geweest?

- Warst du schon einmal in Kanada?
- Waren Sie schon einmal in Kanada?

- Ben je ooit in Mexico geweest?
- Bent u ooit in Mexico geweest?
- Zijn jullie ooit in Mexico geweest?

- Bist du je in Mexiko gewesen?
- Warst du jemals in Mexiko?
- Warst du schon mal in Mexiko?
- Wart ihr schon mal in Mexiko?
- Waren Sie schon mal in Mexiko?
- Warst du schon einmal in Mexiko?

- Ben je al eens in Parijs geweest?
- Ben je ooit in Parijs geweest?
- Ben je ooit naar Parijs geweest?

Bist du jemals in Paris gewesen?

- Zijt ge naar de dokter geweest?
- Ben je naar een dokter geweest?

- Bist du zum Arzt gegangen?
- Seid ihr zum Arzt gegangen?
- Sind Sie zum Arzt gegangen?
- Bist du zur Ärztin gegangen?

- Ben je nooit naar Parijs geweest?
- Bent u nooit naar Parijs geweest?

- Warst du niemals in Paris?
- Waren Sie niemals in Paris?

Tom is nooit getrouwd geweest.

Tom war nie verheiratet.

Zij is kennelijk ziek geweest.

- Sie schien krank gewesen zu sein.
- Sie war anscheinend krank.

Hij is in Frankrijk geweest.

Er war in Frankreich.

Bill is in Japan geweest.

Bill war in Japan.

Ze is naar Parijs geweest.

Sie war schon mal in Paris.

Ik ben in Rome geweest.

- Ich war schon mal in Rom.
- Ich war schon in Rom.

Waar ben je gisteren geweest?

Wo warst du gestern?

Is Tom gister hier geweest?

Ist Tom gestern hierher gekommen?

Is de postbode langs geweest?

- War der Postbote da?
- War der Briefträger da?

Dat is altijd zo geweest.

Das war immer so.

Ik ben daar dikwijls geweest.

Ich war oft da.

Is de postbode al geweest?

- Ist der Postbote schon gekommen?
- War der Postbote schon da?

Is hij ooit gelukkig geweest?

Ob er jemals glücklich war?

Ben ik duidelijk genoeg geweest?

Habe ich die Sache genug erklärt?

Ben je daar vaak geweest?

- Warst du oft dort?
- Bist du dort oft gewesen?

Ik ben net overvallen geweest.

- Ich wurde gerade überfallen.
- Ich wurde gerade ausgeraubt.

Zo is dat altijd geweest.

So war das immer.

Waar ben je geweest, Tom?

- Wo bist du gewesen, Tom?
- Wo warst du, Tom?

Ik ben naar Tom geweest.

Ich besuchte Tom.

- Ben je al eens in Parijs geweest?
- Ben je ooit in Parijs geweest?

Waren Sie irgendwann einmal in Paris?

- Ik ben nooit in Hiroshima geweest.
- Ik ben nog nooit in Hiroshima geweest.

Ich war noch nie in Hiroshima.

- Iemand is in mijn kamer geweest.
- Er is iemand in mijn kamer geweest.

- Jemand ist in meinem Zimmer gewesen.
- Es ist einer in meinem Zimmer gewesen.

- Waar waren jullie?
- Waar ben je geweest?
- Waar was je?
- Waar zijn jullie geweest?

- Wo warst du?
- Wo wart ihr?
- Wo bist du gewesen?
- Wo waren Sie?

- Bent u ooit al in Frankrijk geweest?
- Zijn jullie ooit al in Frankrijk geweest?

Waren Sie schon einmal in Frankreich?

- Ben je ooit in het buitenland geweest?
- Zijt ge ooit in het buitenland geweest?

- Warst du jemals im Ausland?
- Wart ihr schon mal im Ausland?
- Sind Sie je im Ausland gewesen?

- Bent u al eens in Japan geweest?
- Ben je al eens in Japan geweest?

Waren Sie schon mal in Japan?

Zijt ge naar de dokter geweest?

Sind Sie zum Arzt gegangen?

Raad eens waar ik geweest ben?

Rate mal, wo ich gewesen bin.

Ben je ooit in Mexico geweest?

Warst du schon einmal in Mexiko?

Ik ben naar de bank geweest.

- Ich bin zur Bank gegangen.
- Ich war auf der Bank.

Ik ben tweemaal in Londen geweest.

Ich bin zwei Mal in London gewesen.

Ben je ooit naar Hokkaido geweest?

Warst du schon einmal auf Hokkaido?

Bent u ooit in Frankrijk geweest?

Waren Sie schon mal in Frankreich?

Ik ben naar de kapper geweest.

Ich war beim Friseur.

Ik ben naar de supermarkt geweest.

Ich bin zum Supermarkt gegangen.

Het is allemaal voor niets geweest.

- Es war alles für die Katz’.
- Das alles hat nichts gebracht.
- Es war alles vergebens.
- Es war alles vergeblich.

Ik ben naar de bakker geweest.

Ich war beim Bäcker.

Zijn jullie ooit in Frankrijk geweest?

Wart ihr schon mal in Frankreich?

Tom is nog nooit gelukkig geweest.

Tom war noch nie glücklich.

Deze maand is enigszins moeilijk geweest.

Dieser Monat war etwas schwierig.

Ben je sindsdien hier nog geweest?

Bist du seither hier gewesen?

Ben je ooit in Okinawa geweest?

- Warst du schon einmal in Okinawa?
- Warst du schon einmal auf Okinawa?

Ben je ooit in Venetië geweest?

Waren Sie schon einmal in Venedig?

Ik ben nooit in Hiroshima geweest.

- Ich war noch nie in Hiroshima.
- Ich bin noch nie in Hiroshima gewesen.

De rookmelder is nooit onderhouden geweest.

Der Rauchmelder wurde nie gewartet.

Ik ben nooit in Parijs geweest.

Ich war noch nie in Paris.

Ben je ooit naar Boston geweest?

Warst du schon einmal in Boston?