Translation of "Bui" in German

Ze is in een slechte bui.

- Sie hat schlechte Laune.
- Sie ist schlecht gelaunt.
- Sie ist schlechter Laune.
- Sie ist in schlechter Stimmung.

Na de bui waren de stoepen nat.

Nach dem Regen waren die Bürgersteige nass.

Tom was in een heel goede bui.

Tom war sehr gut gelaunt.

- Tom is een slechte stemming.
- Tom is in een slechte bui.

- Tom hat schlechte Laune.
- Tom ist schlecht gelaunt.
- Tom ist schlechter Laune.

Als ze in een speelse bui was, kon je hem niet te lang laten staan.

Manchmal, wenn er verspielt war, konnte man es nicht lange dort lassen.

- Maria is altijd humeurig.
- Maria is altijd in een slechte bui.
- Maria heeft altijd een slecht humeur.

Maria hat immer schlechte Laune.

- Ik heb vandaag een slecht humeur.
- Vandaag heb ik een slecht humeur.
- Vandaag ben ik in een slechte bui.

Heute bin ich schlechter Laune.

- Maria is altijd humeurig.
- Maria is altijd slechtgestemd.
- Maria is altijd in een slechte bui.
- Maria heeft altijd een slecht humeur.

Maria hat immer schlechte Laune.

- Ik weet niet waarom ik deze morgen in een slechte bui ben.
- Ik weet niet waarom ik zo slecht gehumeurd ben deze morgen.

Ich weiß nicht, wieso ich heute Morgen schlechte Laune habe.

- Ik weet niet waarom ik slecht gezind ben deze morgen.
- Ik weet niet waarom ik deze morgen in een slechte bui ben.
- Ik weet niet waarom ik zo slecht gehumeurd ben deze morgen.

Ich weiß nicht, wieso ich heute Morgen schlechte Laune habe.