Translation of "Leefde" in French

Ik leefde in armoede.

J'ai vécu dans la pauvreté.

- Een verschrikkelijk monster leefde hier vroeger.
- Vroeger leefde hier een verschrikkelijk monster.

Un monstre hideux vivait ici auparavant.

Hij leefde nog twintig jaar

il vécut encore 20 ans,

Hij leefde een eenvoudig leven.

Il menait une vie simple.

Een verschrikkelijk monster leefde hier vroeger.

Un monstre hideux vivait là-bas auparavant.

Ik was opgelucht dat ze nog leefde.

J'étais soulagé de voir qu'elle était en vie.

Santa Ana leefde in ballingschap in Cuba.

Sainte Anne vivait en exil à Cuba.

10% van de wereldbevolking leefde in extreme armoede

10% de la population mondiale dans l'extrême pauvreté

37% van de wereldbevolking leefde in extreme armoede

37 % de la population mondiale dans l'extrême pauvreté

Wat een bofferd ik was dat ik nog leefde,

à quel point j'étais chanceuse d'être en vie

Er leefde eens een ondeugende jongen in dit dorp.

Dans ce village vivait une fois un certain garçon mal élevé.

Hij leefde enkele jaren met haar samen in Italië.

Il a vécu avec elle pendant quelques années en Italie.

Shakespeare, wiens toneelstukken wereldberoemd zijn, leefde zo'n vierhonderd jaar geleden.

Shakespeare, dont les pièces de théâtre sont connues dans le monde entier, a vécu il y a quatre cents ans.

Hoewel hij in extravagante luxe leefde, waren zijn hervormingen en infrastructuurprojecten

Bien qu'il ait vécu dans un luxe extravagant, ses réformes et ses projets d'infrastructure

Dit is het huis waarin ik leefde toen ik klein was.

C'est la maison où je vivais étant petit.

Na de nederlaag van Napoleon leefde Soult in ballingschap tot 1819, keerde daarna

Après la défaite de Napoléon, Soult vécut en exil jusqu'en 1819, puis retourna en France

Hij leefde in koninklijke stijl en plunderde, zoals bekend, Spaanse kerken op zo'n schaal dat

Il a vécu dans le style royal et, notoirement, a pillé les églises espagnoles à une telle échelle qu'il

Hij was een luiaard, die enkel leefde om te eten, te drinken, en kaart te spelen.

C’était un homme indolent, qui ne vivait que pour manger, boire et jouer aux cartes.

- Er waren eens een arme man en een rijke vrouw.
- Er leefde eens een arme man en een rijke vrouw.

Il était une fois un pauvre homme et une femme riche.

- Er waren eens een arme man en een rijke vrouw.
- Er was eens een arme man en een rijke vrouw.
- Er leefde eens een arme man en een rijke vrouw.

- Il était une fois un pauvre homme et une femme riche.
- Il était une fois un pauvre homme et une riche femme.