Translation of "Klasgenoten" in English

We zijn klasgenoten.

- We're classmates.
- We are classmates.

Dat zijn mijn klasgenoten.

- They are my classmates.
- They're my classmates.

Al Toms klasgenoten wachtten op hem.

All of Tom's classmates waited for him.

- Kun je goed opschieten met je nieuwe klasgenoten?
- Kun je goed overweg met je nieuwe klasgenoten?
- Kun je het goed vinden met je nieuwe klasgenoten?

Do you get along well with your new classmates?

Hij kan goed overweg met zijn klasgenoten.

He is on good terms with his classmates.

Heb je gisteren met je klasgenoten gepraat?

Did you talk to your classmates yesterday?

- Ze spreekt beter Engels dan elk van haar klasgenoten.
- Ze spreekt beter Engels dan ieder van haar klasgenoten.

She speaks English better than any of her classmates.

Ze spreekt beter Engels dan al haar klasgenoten.

She is above any of her classmates in speaking English.

Er werd met hem gespot door zijn klasgenoten.

He was made fun of by his classmates.

Ik probeerde vrienden te worden met de klasgenoten.

I tried to make friends with the classmates.

Ze moest hard studeren om haar klasgenoten bij te halen.

She had to study hard to catch up with her classmates.

Niet één van mijn klasgenoten woont hier in de buurt.

None of my classmates live near here.

- Hij staat op goede voet met zijn klasgenoten.
- Hij staat op goede voet met zijn klasgenootjes.

He is on speaking terms with his classmates.

- Ze spreekt beter Engels dan elk van haar klasgenoten.
- Ze spreekt het best Engels van haar klas.

She speaks English better than any of her classmates.