Translation of "Aangekleed" in English

0.002 sec.

Examples of using "Aangekleed" in a sentence and their english translations:

Waarom zijn jullie aangekleed?

Why are you dressed?

Waarom ben je aangekleed?

Why are you dressed?

Ze hebben zich aangekleed.

They put their clothes on.

Waarom ben je niet aangekleed?

Why aren't you dressed?

Tom heeft zich snel aangekleed.

Tom got dressed quickly.

- Ik wil u spreken zodra u aangekleed bent.
- Ik wil je spreken zodra je aangekleed bent.

I want to talk with you when you are dressed.

- Ze kleedden zich aan.
- Ze hebben zich aangekleed.

They put their clothes on.

- Ze deden hun kleren aan.
- Ze kleedden zich aan.
- Ze hebben zich aangekleed.

They put their clothes on.