Examples of using "يؤمن" in a sentence and their dutch translations:
Fadil gelooft in de God van de islam.
Hij gelooft in een hiernamaals.
...een sterk zelfbeeld...
- Moslims geloven dat Jezus een boodschapper van God was.
- Moslims geloven dat Jezus Gods boodschapper was.
Moslims geloven dat er maar één God is.
Moslims geloven in Jezus en Mohammed.