Examples of using "عمري" in a sentence and their dutch translations:
Raad eens hoe oud ik ben.
- Ik ben 27 jaar oud.
- Ik ben 27.
- Ik ben twaalf jaar oud.
- Ik ben twaalf jaar.
hij is even oud als ik;
Ik ben 19 jaar.
Ik vertel jullie niet hoe oud ik ben,
Vandaag word ik vier jaar.
Toen ik 16 was,
Toen ik 11 was, werd ik ziek.
Ik heb leren fietsen toen ik zes was.
Toen ik 22 was, werd ik verliefd op mijn baas.
Ik was 17 toen ik mijn carrière koos.
Als ik 100 mocht worden, leef ik nog in 2103.
Dat was de mooiste dag van mijn leven.