Translation of "عاماً" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "عاماً" in a sentence and their dutch translations:

13 عاماً.

Dertien.

كان عمره 42 عاماً وأنا 15 عاماً.

Hij was 42 jaar oud en ik was 15.

منذ 30 عاماً

30 jaar geleden,

عمري تسعة عشر عاماً.

Ik ben 19 jaar.

"كم عمرك؟" "ستة عشر عاماً"

- "Hoe oud ben je?" "Ik ben 16 jaar."
- "Hoe oud ben je?" "Ik ben zestien."

عمر ميوريل عشرون عاماً الآن.

Muiriel is nu 20 jaar oud.

وأنهينا 13 عاماً من الحبس الانفرادي.

Er kwam een eind aan onze 13 jaar eenzame opsluiting.

‫بعد حوالي 30 عاماً من العمل‬ ‫مع هذه الحيوانات القديمة،‬

Nadat hij meer dan 30 jaar met deze eeuwenoude dieren werkte...

إنه الإنكار الذي يجعل 50 عاماً من التشريعات العنصرية ممكنةً

Deze ontkenning maakte 50 jaar racistische wetgeving mogelijk,

إنّ لدينا 90٪ من أطفال أعمارهم 12 عاماً يشاهدون المواد الإباحيّة بشكل منتظم.

90% van de 12-jarigen kijken regelmatig naar porno.