Examples of using "Aradın" in a sentence and their dutch translations:
- Hebt ge geroepen?
- Heb jij geroepen?
- U belde.
- Je hebt gebeld.
- U heeft gebeld.
- Jullie hebben gebeld.
- Heb je me gebeld?
- Heeft u mij gebeld?
Hebt ge geroepen?
Heb je een dokter geroepen?
- Heb je Tom gegoogeld?
- Heeft u Tom gegoogeld?
- Hebben jullie Tom gegoogeld?
- Heeft u ons gegoogeld?
- Heb je ons gegoogeld?
- Hebben jullie ons gegoogeld?
- Hebben jullie hen gegoogeld?
- Heb je hen gegoogeld?
- Heeft u hen gegoogeld?
- Heb je mij gegoogeld?
- Heeft u mij gegoogeld?
- Hebben jullie mij gegoogeld?
- Heb je hem gegoogeld?
- Heb je hem met Google opgezocht?
- Heb je je vriend in Canada opgebeld?
- Heb je je vriendin in Canada opgebeld?
Hebt ge mij gisteravond opgebeld?
Heb je mij gisterochtend gebeld?
Waarom belde je me?
Heb je hem gebeld?