Examples of using "Teatro" in a sentence and their dutch translations:
Welk theater is dat?
Laten we elkaar ontmoeten voor het theater.
Laten we elkaar ontmoeten voor het theater.
- Zoudt ge vanavond naar het theater willen gaan?
- Willen jullie vanavond naar het theater?
Laten we elkaar ontmoeten voor het theater.
Bob zit in de dramaclub.
- Willen jullie naar de film of naar het theater?
- Wil je liever naar de bioscoop of naar het theater?
Waar kan ik ticketten kopen voor het theater?
Het theater in mijn wijk wordt omgebouwd.
Waar zullen we naartoe gaan? Naar het theater of de bioscoop?
Zij treden iedere week op in het Dom Pedro II-theater.
Lijn twaalf heeft een halte dicht bij het operagebouw.
Alle studenten zullen meespelen in het toneelstuk.
Maria speelde de rol van een oude vrouw in de voorstelling.
Kunt u een goed toneelstuk aanbevelen?
Het theaterstuk ken ik niet, maar de auteur ken ik heel goed.