Examples of using "Mochila" in a sentence and their dutch translations:
Waar heb je je rugzak gekocht?
Die tas is van mij.
Ik heb mijn rugzak hier achtergelaten.
Mijn rugzak is gestolen.
Iemand heeft mijn zak weggenomen.
Van wie is die rugzak?
Kan ik mijn tas hier laten?
Deze blauwe rugzak is zwaar.
Deze rugzak is niet klein.
Ze draagt een rugzak op haar rug.
Zelfs de rugzak werkt. Door erop te liggen.
Ergens ben ik mijn tas kwijtgeraakt.
Men heeft mijn tas gestolen.
Mijn tas is te oud. Ik moet een nieuwe kopen.
Kan ik mijn tas hier laten?
Deze tas is niet klein.
Van wie is deze tas?
...die benieuwd is wat er precies in de rugzak van deze bezoeker zit.
Of misschien doen we een paar bladeren en takken in de rugzak... ...om er wat minder als een mens uit te zien.
Het kan beter, kijk. Gebruik de droogzak in plaats van de rugzak.
Daarna vertrek ik, maar dan realiseer ik me dat ik m'n rugzak bij hen thuis heb laten liggen.