Examples of using "Espalda" in a sentence and their dutch translations:
Kijk uit voor mij.
Ik heb rugpijn.
Recht je rug!
Mijn rug doet nog steeds pijn.
Mijn rug doet nog steeds pijn.
Ga op je rug liggen.
Ik heb rugpijn.
Ik heb rugklachten.
Ik heb mijn rug gebroken.
- Ik heb rugpijn.
- Mijn rug doet pijn.
- Ik sta achter je.
- Ik dek je.
Hij masseerde haar rug.
Mijn rug doet nog steeds pijn.
Tom ligt op zijn rug.
Mijn rug doet nog steeds pijn.
Mijn rug doet erg pijn.
Hij masseerde zijn rug.
Iemand sloeg me op mijn rug.
Tom heeft een zere rug.
Zij staat met haar rug naar mij toe gekeerd.
Ik heb rugpijn.
Ze heeft hem in de rug gestoken.
Ik kreeg een stamp in de rug.
Ze draagt een rugzak op haar rug.
Hij draagt een tas op zijn rug.
Het geld groeit niet op mijn rug!
- Tom droeg Mary op zijn rug.
- Tom droeg Mary op z'n rug.
Tom werd in de rug geschoten.
Ik droeg de zware tas op mijn rug.
Die heldere kleur op hun rug is een waarschuwing.
Zie je die kleine gifbuidel op zijn rug?
Eén van hen sloeg me op de rug.
Ik heb geleerd met de pijn in mijn rug te leven.
Tom stierf met een mes in zijn rug.
Kijk eens. Zie je die kleine gifbuidel op zijn rug?
Ze heeft al jaren problemen met rugpijn.
Ze is erin geslaagd op de minst gevaarlijke plek te gaan zitten. Op de rug van de haai.
Ik viel van de trap en ik heb nu veel pijn in mijn rug.
Hij viel me van achteren aan.
Als je met iemand een eitje te pellen hebt, zeg het hem dan in zijn gezicht, in plaats van achter zijn rug te praten.
Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.