Translation of "Hagámoslo" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Hagámoslo" in a sentence and their dutch translations:

Hagámoslo.

Laten we beginnen.

¡Hagámoslo!

Laten we het uitvoeren.

Bien, ¡hagámoslo!

Kom op dan, we doen het.

Hagámoslo juntos.

Laten we haar samen omarmen.

Hagámoslo así.

Laten we het op deze manier doen.

Hagámoslo breve.

Laat het ons kort houden.

Sí, hagámoslo.

- Ja, laten we het doen.
- Ja, laten we dat maar doen.

Bien, hagámoslo. Vamos.

We doen het. Kom op.

- ¡Vamos a hacerlo!
- ¡Hagámoslo!

Laten we het doen.

Hagámoslo de una vez.

Laten we het in één keer doen.

Puede ser difícil. Pero hagámoslo.

Dit kan moeilijk worden. Maar laten we beginnen.

Ok, hagámoslo, es una buena idea.

SJ: Goed, laten we dat doen. Goed idee.

Bien, hagámoslo. Bien, hora de la verdad.

Laten we het doen. Het moment van de waarheid.

Hagámoslo antes de que cambie de opinión.

Laten we dit doen voor ik me bedenk.

Sea bueno o malo, hagámoslo de todos modos.

Of het nu goed is of niet, laten we het toch doen.