Examples of using "следовало" in a sentence and their dutch translations:
Je had je moeten voorstellen.
Ik had mezelf moeten voorstellen.
We hadden thuis moeten blijven.
We hoefden ons niet te haasten.
Je had het me eerder moeten laten weten.
Hij moet mij bedanken.
Jullie zouden dankbaar moeten zijn.
Je moet je vader helpen.
Was je nou maar eerder gekomen.
Dat zou je moeten weten.
Je had niet tegen me moeten liegen.
- Ik had me niet moeten afmelden.
- Ik had niet moeten uitloggen.
- Misschien had ik dat niet moeten doen.
- Dat had ik misschien niet moeten doen.
Tom had Maria's geld niet mogen stelen.
Ik veronderstel dat ik mezelf zou moeten voorstellen.
Hij had het haar niet moeten vertellen.
Tom had niet zijn geheimen aan Maria moeten vertellen.
Je zou het niet hebben moeten doen zonder mijn toestemming.
Jullie hadden het geheim moeten houden.
Volgens mij moet je het examen opnieuw proberen.
Je had het niet moeten doen zonder mijn toestemming.
Ik had hen moeten waarschuwen.
Ik had het woord "wachtwoord" niet als mijn wachtwoord moeten gebruiken.
- Ge hadt naar mij moeten luisteren.
- Je had naar mij moeten luisteren.
Je had dat niet moeten doen.
- Je zou moeten slapen.
- Je zou beter slapen.
Tom had dat niet moeten doen.
Ik had dat niet moeten doen.
Tom had Maria de waarheid moeten vertellen.
Je had me dat lang geleden moeten vertellen.
Je zou naar je moeder moeten luisteren.
Zoals je zou verwachten hebben verschillende talen verschillende woorden voor kleuren.
Je moet je vader helpen.
en bijlslagen, en zoals je zou verwachten, worden al zijn gekozen metgezellen, al zijn lijfwacht,
Mijn leraar zei me dat ik niet genoeg tijd besteed had aan de voorbereiding van mijn uiteenzetting.
Je had Toms auto niet moeten lenen.
Ik had je niet moeten vertrouwen.
Ik had dat niet moeten doen. Het spijt me.
We hadden dat niet moeten doen.
Hij had dat niet moeten doen.
Zij had dat niet moeten doen.
- Je had het geheim moeten houden.
- Jullie hadden het geheim moeten houden.
- Ik had je niet moeten geloven.
- Ik zou je niet geloofd moeten hebben.
We hadden naar je moeten luisteren, Tom.
Ik weet dat ik dat niet had moeten doen.
Je had het me eerder moeten laten weten.