Examples of using "пообедать" in a sentence and their dutch translations:
Willen jullie met mij lunchen?
Ik heb vandaag niet genoeg tijd om te lunchen.
Ik ben van plan samen met hem te lunchen.
Ik wil in een restaurant dineren.
- Je kunt hier in deze kamer lunchen.
- Jullie kunnen hier in deze kamer lunchen.
Waarom ga je voor de verandering niet eens met mij uit eten?