Examples of using "Voou" in a sentence and their dutch translations:
De tijd vloog voorbij.
- De kraai vloog weg.
- De kraai is weggevlogen.
Er vloog een vogel in de boom.
De vlinder vloog.
Het vliegtuig vloog over de berg.
Ons vliegtuig vloog boven de wolken.
- Heeft u wel eens met een luchtballon gevlogen?
- Hebben jullie wel eens met een luchtballon gevlogen?