Examples of using "Crime" in a sentence and their dutch translations:
Ze heeft een misdaad begaan.
Misdaad loont niet.
Hij heeft zijn misdaad bekend.
Bill heeft de misdaad niet begaan.
Verwissel zonde niet met misdaad.
Verkrachting is een geweldsdelict.
De moordenaar bekende zijn wandaad.
Los het raadsel op dat schuil gaat achter de moord.
Je zegt dat de ergste misdaad...
Een schurftig paard vreest de roskam.
- Zij was op de plaats delict.
- Ze bevond zich op de plaats delict.
- Je hebt geen ernstige misdaad begaan.
- Je hebt geen erge misdaad begaan.
Zo wat als ik homo ben? Is dat een misdaad?
Ik werd bijna betrokken bij een misdaad.
Genocide is een misdaad tegen de mensheid.
Zo wat als ik homo ben? Is dat een misdaad?
In Singapore is op de grond spuwen een misdaad.
Tom is het slachtoffer van een verschrikkelijke misdaad.
De man smeekte om genade, maar werd veroordeeld tot twintig jaar gevangenisstraf voor zijn misdaad.