Examples of using "Szukam" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben aan het zoeken naar de kazen.
Ik zoek batterijen.
- Ik ben op zoek naar Tom.
- Ik zoek Tom.
- Ik ben een baan aan het zoeken.
- Ik zoek een baan.
- Ik zoek werk.
- Ik ben werk aan het zoeken.
Ik ben mijn sleutel aan het zoeken.
Ik zoek mijn gsm.
Ik zoek mijn vrienden.
Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.
Ik zoek een warme, wollen rok.
Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.
Ik zoek een geschenk voor mijn moeder.
En waar ik vanavond naar zoek is een schorpioen.
Ik ben op zoek naar Andy. Weet jij waar hij is?
Ik zoek de zondagsbijlage van die krant.
Dat is niet waar ik naar zoek.