Examples of using "Insegnando" in a sentence and their dutch translations:
Ik gaf les.
Ik ben aan het lesgeven.
- Leer je Spaans?
- Leert u Spaans?
Hij onderwijst Arabisch.
Ik ben aan het lesgeven.
Leert u Spaans?
- Hij verdient de kost met het geven van Engelse les.
- Hij verdient zijn brood door Engelse les te geven.
- Hij geeft Engels voor de kost.
Dit is de school waar zij lesgeeft.
Tom leert ons Frans.
Ze leert ons Frans.
Ik was aan het veranderen. Ze leerde me ontvankelijk te worden voor de ander.
- Jouw vrouw leert me Italiaans.
- Uw vrouw leert me Italiaans.