Translation of "Darà" in Dutch

Tom darà le dimissioni.

Tom zal ontslag nemen.

Mi darà un po' di aderenza.

Het geeft je een beetje houvast.

"Creative Europe" darà 2,4 miliardi di dollari

Creatief Europa geeft 2,4 miljard dollar

- Tom abbandonerà.
- Tom ci darà a mucchio.

- Tom zal ontslag nemen.
- Tom zal stoppen.

Quale spuntino pensi che ci darà la carica?

Dus welke snack denk je... ...geeft ons een boost?

Quale dei due ci darà la protezione migliore?

Welke biedt ons de beste bescherming?

Non mi darà molta energia, ma è pur sempre qualcosa.

Het geeft niet veel energie maar wel een beetje.

Tocca a te decidere. Quale metodo ci darà i risultati migliori?

Aan jou de keus. Welke navigatiemethode... ...zet ons op het juiste spoor?

Non mi darà molta energia, ma è qualcosa. Se tagli via un pezzo di corteccia,

Hij geeft niet veel energie maar wel een beetje. Als je er een beetje schors afhaalt...

- Cosa darai in cambio a Tom?
- Tu cosa darai in cambio a Tom?
- Cosa darà in cambio a Tom?
- Lei cosa darà in cambio a Tom?
- Cosa darete in cambio a Tom?
- Voi cosa darete in cambio a Tom?

Wat geef je Tom in ruil daarvoor?

- Mi darai un passaggio a casa?
- Mi darà un passaggio a casa?
- Mi darete un passaggio a casa?

Breng je me naar huis?

- Cosa darai a Tom per Natale?
- Cosa darà a Tom per Natale?
- Cosa darete a Tom per Natale?

- Wat zal je Tom geven voor Kerstmis?
- Wat zult u Tom geven voor Kerstmis?
- Wat zullen jullie Tom geven voor Kerstmis?
- Wat ga je Tom geven met Kerstmis?

La gente non lo sa, ma una parte dell'abete è commestibile. Non mi darà molta energia, ma è pur sempre qualcosa.

Wat mensen niet weten is dat je delen van de spar kunt eten. Hij geeft niet veel energie maar wel een beetje.

- A chi darai dei regali di Natale quest'anno?
- A chi darà dei regali di Natale quest'anno?
- A chi darete dei regali di Natale quest'anno?

- Aan wie geef je dit jaar kerstcadeaus?
- Aan wie geeft u dit jaar kerstcadeaus?
- Aan wie geven jullie dit jaar kerstcadeaus?