Examples of using "Testvére" in a sentence and their dutch translations:
Tom is haar broer.
Tom heeft 12 broers en zussen.
- Hij is vast Toms broer.
- Hij moet wel Toms broer zijn.
De broer van mijn vader is mijn oom.
Hij heeft drie broers.
Tom heeft twee broers die in Boston wonen.
Voor zover ik het mij herinner, heeft hij vijf broers en zusters.