Translation of "Hittem" in Dutch

Hittem neked.

- Ik geloofde je.
- Ik geloofde u.
- Ik geloofde jullie.

Hittem önnek.

Ik geloofde u.

Nem hittem el.

Ik geloofde het niet.

Azt hittem, olvas.

Ik dacht dat hij zou lezen.

Nem hittem a szememnek.

- Ik kon mijn ogen niet geloven.
- Ik kon mijn eigen ogen niet geloven.

Nem hittem a füleimnek.

Ik kon mijn oren niet geloven.

Azt hittem, Bostonba mész.

Ik dacht dat je naar Boston ging.

Azt hittem, mindannyian kanadaiak.

Ik dacht dat het allemaal Canadezen waren.

Azt hittem, ott halok meg!

Ik stierf bijna ter plekke.

Azt hittem, talán ér valamit.

Ik dacht dat het iets waard zou kunnen zijn.

Megtaláltam valamit, amit elveszettnek hittem.

Ik heb iets gevonden waarvan ik dacht dat ik het verloren had.

Azt hittem, Tom Bostonban lakik.

Ik dacht dat Tom in Boston woonde.

Először én is azt hittem.

Ik geloofde er zelf eerst ook in.

Azt hittem, velünk akarsz jönni.

Ik dacht dat je met ons mee wilde gaan.

Azt hittem, velem van a baj.

dacht ik dat er iets mis was met me.

Akkor azt hittem, vége. Végleg elment.

Ik dacht dat dit voorbij was. Ze was weg.

én pedig... nem hittem a szememnek.

Ik kan mijn ogen nauwelijks geloven.

Először azt hittem... vadászik a halakra.

Eerst dacht ik dat ze op de vissen jaagde.

Azt hittem, a te hangodat hallom.

- Ik dacht jouw stem gehoord te hebben.
- Ik dacht uw stem gehoord te hebben.

Azt hittem, a nagybátyád Nyíregyházán lakik.

Ik dacht dat jouw oom in Nyíregyháza woonde.

- Sohasem gondoltam volna.
- Sosem hittem volna.

Dat zou ik nooit gedacht hebben.

Azt hittem, az új öltönyödet fogod felvenni.

- Ik dacht dat je jouw nieuwe kostuum ging dragen.
- Ik dacht dat je jouw nieuwe pak ging dragen.

Amikor kicsi voltam, hittem a Télapó létezésében.

Toen ik klein was, geloofde ik in de kerstman.

Azt hittem, hogy szeretsz új dolgokat megtanulni.

Ik dacht dat je graag nieuwe dingen leerde.

és azt hittem, egyetemi tanárként a csúcsra jutottam –

en als universiteitsdocent, dacht ik een hoogtepunt te bereiken --

Azt hittem, hogy csak a golfot tudod élvezni.

Ik dacht dat het enige waar je echt van zou genieten golfen was.

Azt hittem, hogy ti minden héten együtt teniszeztek.

Ik dacht dat jullie elk weekend samen tennis speelden.

Azt hittem, hogy Tomi még mindig Bostonban lakik.

Ik dacht dat Tom nog steeds in Boston woonde.

Sosem hittem volna, hogy el tud követni ilyen szörnyűséget.

Ik had nooit gedacht dat hij zoiets wreeds zou kunnen doen.

így óvatosan elindultam a felszínre, és azt hittem, elmozdul a kezemről.

...dus ik bewoog naar de oppervlakte en dacht dat ze van mijn hand af zou gaan.