Translation of "Waise" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Waise" in a sentence and their dutch translations:

Ich bin Waise.

Ik ben een wees.

Tom ist ein Waise.

Tom is een wees.

- Ich bin ein Waisenkind.
- Ich bin Waise.

Ik ben een wees.

Ein Kind, dessen Eltern gestorben sind, bezeichnet man als eine Waise.

- Een kind van wie de ouders dood zijn, is een weeskind.
- Een kind van wie de ouders dood zijn, is een wees.

- Ein Kind, dessen Eltern gestorben sind, nennt man Waisenkind.
- Ein Kind, dessen Eltern gestorben sind, bezeichnet man als eine Waise.

Een kind waarvan de ouders gestorven zijn, noemt men een wees.