Examples of using "Unfall" in a sentence and their dutch translations:
- Dat was geen ongeval.
- Het was geen ongeluk.
- Het ongeluk is eergisteren gebeurd.
- Het ongeluk vond eergisteren plaats.
- Dat was geen ongeval.
- Het was geen ongeluk.
Hij had een ongeluk.
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Hebt u het ongeval echt gezien?
Het ongeluk vond op vrijdag plaats.
Het was een vreselijk ongeval.
Beschrijf dat ongeval in detail.
Het ongeluk is eergisteren gebeurd.
Ik veronderstel dat Bob een ongeluk gehad heeft.
Ik heb een ongeluk veroorzaakt.
Waar is het ongeluk gebeurd?
Een ongeluk kan altijd gebeuren.
Een ongeval deed zich juist voor.
Je zou een ongeluk kunnen krijgen.
Misschien was het geen ongeluk.
Zo is het ongeval gebeurd.
Hoe is het ongeval gebeurd?
- Het is daar dat het ongeluk gebeurde.
- Hier is het ongeluk gebeurd.
Het ongeval gebeurde twee uur geleden.
Bij het ongeval zijn geen passagiers omgekomen.
Hij is bij het ongeval gewond geraakt.
Weet je zeker dat het een ongeluk was?
Hebt u het ongeval echt gezien?
Door het ongeluk zijn er veel doden gevallen.
Hij meldde zijn ongeval bij de politie.
Ik hoop dat hij geen ongeluk heeft gehad.
Gelukkig heeft hij het ongeval overleefd.
Zij raakte gewond bij het ongeval.
Het ongeluk is niet jouw schuld.
Het ongeluk gebeurde bij de hoek.
Het ongeluk vond op vrijdag plaats.
Het ongeval gebeurde twee uur geleden.
Tom kwam bij dat ongeluk bijna om het leven.
Bij het ongeval zijn geen passagiers omgekomen.
Het ongeval kostte hem bijna het leven.
Hebt u het ongeval echt gezien?
Vier mensen hebben het ongeval niet overleefd.
Het ongeval is het gevolg van een simpele vergissing.
10 personen zijn bij het ongeval verwond.
Hij beweerde het ongeval gezien te hebben.
Hij verloor zijn gezichtsvermogen bij dat ongeval.
Er waren geen getuigen bij het ongeval.
Tom was niet gewond geraakt bij het ongeluk.
Zelfs deskundigen begrijpen dit ongelofelijke ongeval niet.
Op de radio is er over het ongeval niets gezegd.
Het ongeval gebeurde twee uur geleden.
Het ongeval werd door zijn onoplettendheid veroorzaakt.
Bij het ongeluk raakten drie mensen gewond.
Men heeft de bestuurder de schuld van het ongeluk gegeven.
Ik had niets te maken met het ongeluk.
Het ongeval kostte hem bijna het leven.
Er is een verschrikkelijk ongeval gebeurd op de hoek.
Ik herinner me niks van het incident.
Tom kwam bij dat ongeluk bijna om het leven.
Dit ongeluk heeft niets met mij te maken.
Van daar uit heb ik het ongeval gezien.
Tom las over Mary's ongeluk in de krant.
Hij heeft een ongeluk gehad en zijn been gebroken.
Vraagt u eens of iemand over het ongeval wil praten.
- Durf je hem naar dat ongeval te vragen?
- Durf je hem vragen te stellen over dat ongeval?
Hij heeft een ongeluk gehad en zijn been gebroken.
Hij viel in slaap achter het stuur en had een ongeval.
Het ganse verkeer kwam door het ongeval tot stilstand.
Joan brak haar linkerarm in het ongeluk.
- Hij zag het ongeval onderweg naar school.
- Hij zag het ongeluk op weg naar school.
Hij heeft een ongeluk gehad en heeft een been gebroken.
Een man met de naam Slim is bij dat ongeval gedood.
Ik ben verantwoordelijk voor het ongeval.