Examples of using "Gestand" in a sentence and their dutch translations:
- Hij heeft zijn fout erkend.
- Hij heeft zijn schuld erkend.
Hij heeft zijn misdaad bekend.
Hij heeft zijn fout erkend.
- Tom heeft bekend.
- Tom heeft gebiecht.
- Hij heeft zijn fout erkend.
- Hij heeft zijn schuld erkend.
Hij heeft zijn fout erkend.
Hij gaf toe dat hij op mij verliefd was geworden.
Ze gaf haar fouten toe.
Hij heeft zijn fout erkend.