Examples of using "Behilflich" in a sentence and their dutch translations:
Kan ik u helpen, heren?
- Kan je me tien minuten helpen?
- Zou je me tien minuten kunnen helpen?
Met wat kan ik u helpen?
Tom zou graag willen dat hij niet met het huishouden hoefde te helpen.
Ik probeerde haar te helpen.
Iedereen kan helpen verzekeren dat de zinnen goed klinken en juist gespeld zijn.
- Kan ik u helpen?
- Kan ik je helpen?
- Kan ik jullie helpen?
Tom had een splinter in zijn vinger, dus hij vroeg Maria hem te helpen het eruit te trekken.