Examples of using "L'air" in a sentence and their dutch translations:
- Je ziet er gespannen uit.
- Je kijkt nerveus.
- Je kijkt zenuwachtig.
- Je ziet er zenuwachtig uit.
- Je ziet er nerveus uit.
- U kijkt zenuwachtig.
- U kijkt nerveus.
- U ziet er zenuwachtig uit.
- U ziet er nerveus uit.
- Jullie zien er zenuwachtig uit.
- Jullie zien er nerveus uit.
- Jullie lijken nerveus.
- Jullie kijken zenuwachtig.
- Jullie kijken nerveus.
- U ziet er gespannen uit.
- Jullie zien er gespannen uit.
- Je lijkt nerveus.
- Je lijkt zenuwachtig.
- U lijkt nerveus.
- U lijkt zenuwachtig.
- Jullie lijken zenuwachtig.
Je ziet er gelukkig uit.
Je ziet er Japans uit.
Je ziet er dik uit.
- Ze zien er cool uit.
- Zij zien er cool uit.
- Ze zien er gaaf uit.
- Zij zien er gaaf uit.
- Je ziet er Europees uit.
- U ziet er Europees uit.
- Jullie zien er Europees uit.
Dat klonk vreemd.
- Ge ziet er dom uit.
- Je ziet er dom uit.
Been omhoog!
Hij ziet er verdacht uit.
Zij lijkt in de war.
- Hij lijkt verward.
- Hij lijkt in de war.
- Tom ziet er geërgerd uit.
- Tom kijkt geërgerd.
Het ziet er goed uit.
Tom lijkt aardig.
- Je ziet er opgelucht uit.
- U ziet er opgelucht uit.
- Jullie zien er opgelucht uit.
- Je lijkt opgelucht.
- U lijkt opgelucht.
- Jullie lijken opgelucht.
- Dat klinkt fantastisch.
- Dat klinkt geweldig.
- Je ziet er ziek uit.
- U ziet er ziek uit.
- Jullie zien er ziek uit.
Ze leek gegeneerd.
Ze zien er cool uit.
Je ziet er teleurgesteld uit.
Alles zag er mooi uit.
Ze zien er cool uit.
Klinkt goed!
- Lijkt me leuk!
- Klinkt leuk!
Je ziet er voldaan uit.
Je ziet er gelukkig uit vandaag.
- Je ziet er erg moe uit.
- U ziet er erg moe uit.
- Jullie zien er erg moe uit.
- Jullie zien er niet Japans uit.
- U ziet er niet Japans uit.
- Je ziet er niet Japans uit.
Je ziet er dom uit.
Tom ziet er ongemakkelijk uit.
Ze zagen er allemaal gelukkig uit.
Lucht is onzichtbaar.
De lucht is vochtig.
Ik hou van frisse lucht.
- Je ziet er boos uit.
- Je lijkt boos te zijn.
Hij lijkt ziek.
Zij leek verrast te zijn.
- Ge ziet er heel bleek uit.
- Je ziet er erg bleek uit.
- Ge ziet er heel moe uit.
- Je ziet er erg moe uit.
- U ziet er erg moe uit.
- Tom ziet er verward uit.
- Tom kijkt verward.
Ze zagen er erg gelukkig uit.
Hij zag er goed uit.
Je ziet er erg moe uit.
- Je ziet er jonger uit.
- Jij ziet er jonger uit.
- U ziet er jonger uit.
- Jullie zien er jonger uit.
Hij ziet er heel goed uit.
U ziet er erg moe uit.
- Je klinkt boos.
- Je klinkt kwaad.
Je ziet er erg goed uit.
Tom ziet er erg gelukkig uit.
Vandaag is de lucht te erg vervuild.
Uw vrienden lijken wel vriendelijk.
- Je lijkt echt nerveus.
- Je lijkt echt zenuwachtig.
- U lijkt echt nerveus.
- U lijkt echt zenuwachtig.
- Jullie lijken echt zenuwachtig.
- Je kijkt echt zenuwachtig.
- Je kijkt echt nerveus.
- U kijkt echt zenuwachtig.
- U kijkt echt nerveus.
- Jullie kijken echt zenuwachtig.
- Jullie kijken echt nerveus.
- Jullie lijken echt nerveus.
- Je ziet er echt zenuwachtig uit.
- Je ziet er echt nerveus uit.
- U ziet er echt nerveus uit.
- U ziet er echt zenuwachtig uit.
- Jullie zien er echt zenuwachtig uit.
- Jullie zien er echt nerveus uit.
Het ziet ernaar uit dat je het heel erg druk hebt.
- Tom ziet er boos uit.
- Tom kijkt kwaad.
De lucht vult de rivieren,
Dat ziet er goed uit.
Je ziet er bleek uit.
- Ze ziet er eenzaam uit.
- Ze lijkt eenzaam.
Tom leek verrast te zijn.
Hij ziet er bleek uit.
Hij lijkt aardig.
Hij ziet er jong uit.
Tom ziet er gelukkig uit.
Je ziet er treurig uit.
Hij ziet er goed uit.
- Tom keek verbaasd.
- Tom zag er verbaasd uit.
Hij ziet er moe uit.
- Tom ziet er doodsbang uit.
- Tom kijkt doodsbang.
- Tom ziet er bang uit.
- Tom kijkt bang.
- Tom zag er geschokt uit.
- Tom keek geschokt.
Dat klinkt fantastisch.
Tom zag er boos uit.
Tom klonk boos.
Zie ik er goed uit?
Dat klinkt verschrikkelijk.
Dat klinkt geweldig.
- Je ziet er mooi uit.
- Je ziet er knap uit.
Ze zag er eenzaam uit.
Nancy ziet er vermoeid uit.