Examples of using "Seules" in a sentence and their dutch translations:
Kom alleen!
Zij zijn alleen.
Er zijn nog maar een paar stenen over.
Laat ze niet alleen.
We zijn alleen.
We waren alleen.
Zijn we alleen?
Zij zijn alleen.
Wonen jullie alleen?
Alleen vrouwtjes maken deze reis.
Ga daar niet alleen heen.
Alleen de Aarde en de Maan zijn tweelingen.
En in haar ogen waren dat de enige categorieën.
Laat ze niet alleen.
- Zou je ons met rust kunnen laten?
- Zou je ons alleen kunnen laten?
We zijn niet alleen.
- Zou je ons met rust kunnen laten?
- Zou je ons alleen kunnen laten?
De enige nuttige antwoorden zijn die antwoorden die nieuwe vragen oproepen.
Kom alleen.
Jullie zijn niet de enigen met dat probleem.
De enige vingerafdrukken die de politie op de deurknop vond waren die van Tom.
- Woon je alleen?
- Wonen jullie alleen?
- Ieder eenzaam mens is eenzaam door zijn angst voor de mensen om hem heen.
- Iedere persoon die alleen is, is dat alleen omdat hij angst voor anderen heeft.
Verveel je je niet wanneer je alleen bent?
U zult nooit alleen zijn.
- Alleen jij kunt het doen, maar je kunt het niet alleen doen.
- Jij alleen kunt het doen, maar je kunt het niet alleen doen.
- Je bent te jong om alleen te reizen.
- Jullie zijn te jong om alleen te reizen.
- U bent te jong om alleen te reizen.
- Je zou niet alleen moeten gaan.
- Je moet niet alleen gaan.
- Je kan maar beter niet alleen gaan.
Waarom ben je alleen?
Dat is omdat je niet alleen wilt zijn.