Examples of using "Parent" in a sentence and their dutch translations:
Hallo ouder!
- Hij is familie van het zevende knoopsgat.
- Hij is een familielid van Adam.
- Hij is een verwant van Adam.
Mijn moeder werkte heel hard
want dat familielid weigerde om te stoppen met het woord te zeggen.
Voor een moeiteloos rendement is geen enkele toekenning van feodale privileges ooit geëvenaard aan die van de grootouder die een duizendtal aandelen van General Motors of General Electric verwierf en ze aan zijn nazaten schonk.