Translation of "Lavez" in Dutch

Lavez les légumes.

- Was de groente.
- Was de groenten.
- Was de groentes.

- Lave-toi !
- Lavez-vous !

Was je handen.

Lavez-vous les mains.

- Was je handen.
- Was uw handen.
- Was jullie handen.

- Lave tout !
- Lavez tout !

Was alles!

Lavez les coings à fond.

Was de kweeperen grondig.

- Lave tes pieds.
- Lavez vos pieds.
- Lavez-vous les pieds.
- Lave-toi les pieds.

- Was uw voeten.
- Was je voeten.

- Lavez les légumes.
- Lave les légumes.

- Was de groente.
- Was de groenten.
- Was de groentes.

- Lave tes pieds.
- Lavez-vous les pieds.

- Was uw voeten.
- Was je voeten.

Lavez-vous votre chien tous les jours?

Was je je hond elke dag?

Lavez-vous les mains avant de manger.

Was je handen voor het eten.

- Lave-toi le visage.
- Lavez-vous le visage.

Was je gezicht.

Vous lavez-vous les mains avant de manger ?

- Wassen jullie je handen voor het eten?
- Wast u uw handen voor het eten?

- Pourquoi te laves-tu les mains ?
- Pourquoi vous lavez-vous les mains ?

- Waarom was je je handen?
- Waarom ben je je handen aan het wassen?

- Tu laves les pommes de terre.
- Vous lavez les pommes de terre.

Jij wast de aardappelen.

- Lavez vos mains avant de manger.
- Lave-toi les mains avant de manger.

Was je handen voor het eten.

Si vous vous lavez pendant seulement 5 secondes ou 10 secondes, vos mains sont toujours couvertes.

Als je slechts 5 seconden of 10 seconden wast, zijn je handen nog steeds bedekt.