Translation of "Cozy" in Dutch

Make yourself cozy!

Maak het je gemakkelijk!

It's cozy in here.

Het is hier gezellig.

This coffee shop is cozy.

Dat café is gezellig.

- Make yourself comfortable.
- Make yourself cozy!

Maak het je gemakkelijk!

He lives in a little cozy house.

Hij woont in een klein gerieflijk huis.

Snow is a great insulator. Pretty tight, pretty cozy.

Sneeuw heeft een goede isolerende werking. Krap en knus.

Snow is a great insulator. Pretty... tight. Pretty cozy.

Sneeuw heeft een goede isolerende werking. Krap en knus.

Snow is a great insulator. Pretty... tight, pretty cozy!

Sneeuw heeft een goede isolerende werking. Krap en knus.

And then I can cozy up, nice and warm to my friend, the sheep.

En dan ga ik lekker tegen mijn vriend schaap aan liggen.