Translation of "Klok" in Spanish

0.030 sec.

Examples of using "Klok" in a sentence and their spanish translations:

De klok luidt.

La campana está sonando.

De klok stopte.

El reloj se paró.

- De klok klopt niet.
- De klok staat niet goed.

- El reloj está equivocado.
- El reloj funciona mal.

- Deze klok doet het niet.
- Deze klok is kapot.

Este reloj está roto.

- De klok tikt.
- De klok is aan het tikken.

- El reloj está haciendo tic-toc.
- El reloj está haciendo tic tac.

- De klok tikte.
- De klok was aan het tikken.

El reloj estaba haciendo tictac.

- Zie je de klok niet?
- Ziet u de klok niet?
- Zien jullie de klok niet?

¿No ves el reloj?

Er is geen klok,

No hay ni reloj

Wiens klok is het?

- ¿De quién es el reloj?
- ¿De quién es ese reloj?

De klok loopt voor.

El reloj está adelantado.

Hoeveel kost deze klok?

¿Cuánto cuesta este reloj?

De klok slaat 4.

El reloj da las cuatro.

Waar is mijn klok?

¿Dónde está mi reloj?

De klok werkt niet.

El reloj no funciona.

Hij moet de klok herstellen.

Él tiene que reparar el reloj.

Deze klok is van mij.

Este reloj es mío.

Hij eet de klok rond.

Él come a toda hora.

Een klok heeft twee wijzers.

Un reloj tiene dos agujas.

Ik wil deze klok repareren.

- Quiero reparar este reloj.
- Quiero arreglar este reloj.

Deze klok wordt zelden geluid.

Este reloj raramente suena.

Deze klok doet het niet.

Este reloj está desajustado.

Ze gaf hem een ​​klok.

Le dio un reloj.

De klok sloeg half één.

El reloj marcó las 12 y media.

- Deze klok doet het niet.
- Deze klok is kapot.
- Dit horloge is stuk.

Este reloj está roto.

Mijn klok loopt vijf minuten voor.

Mi reloj anda cinco minutos adelantado.

Ik kocht een klok voor haar.

Le compré un reloj.

De klok luidde om acht uur.

La alarma sonó a las ocho.

- Repareer de klok.
- Repareer het horloge.

Arregla el reloj.

Er hangt een klok aan de muur.

Hay un reloj colgado en la pared.

Ik heb een klok voor Tom gekocht.

He comprado un reloj por Tom

Volgens de klok heb ik nog drie minuten,

Según el reloj, aún tengo 3 minutos,

- Het uurwerk loopt achter.
- De klok loopt achter.

El reloj atrasa.

Ik heb het uur nagekeken op de klok.

Revisé la hora en el reloj.

De klok die ik heb is gemaakt van goud.

El reloj que tengo está hecho de oro.

- Deze klok doet het niet.
- Dit uurwerk werk niet.

Este reloj no funciona.

- Ze gaf hem een klok.
- Ze gaf hem een horloge.

Ella le dio un reloj.

De klok staat stil. Hij heeft een nieuwe batterij nodig.

Se paró el reloj. Necesita una nueva pila.

We kunnen elke morgen de klok van de kerk horen.

Podemos oír la campana de la iglesia todas las mañanas.

Dat ontkent dat we tikken volgens de klok van de bioritmen,

que niega que estemos sincronizados con los biorritmos,

- Ik kan het niet ongedaan maken.
- Ik kan de klok niet terugdraaien.

No puedo deshacerlo.

- Het oude uurwerk is nog in gebruik.
- De oude klok wordt nog altijd gebruikt.

El viejo reloj aún sigue en uso.

De klok op het raadhuis van Lviv is voor het eerst aangebracht in 1404.

El reloj del municipio de Lviv se instaló en un principio en el año 1404.

- Ze gaf hem een klok.
- Ze gaf hem een horloge.
- Zij gaf hem een uurwerk.

Ella le dio un reloj.

- In mijn kamer zijn er geen klokken.
- Er is geen enkele klok in mijn kamer.

No hay ningún reloj en mi habitación.