Translation of "Wachtwoord" in Italian

0.009 sec.

Examples of using "Wachtwoord" in a sentence and their italian translations:

Wachtwoord?

Parola d'ordine?

Wachtwoord vergeten?

Hai dimenticato la password?

- Wat is je wachtwoord?
- Wat is jouw wachtwoord?

- Qual è la tua password?
- Qual è la sua password?
- Qual è la vostra password?

Geef het wachtwoord.

- Fornisci la password.
- Fornite la password.

- Ik ben mijn wachtwoord vergeten.
- Ik ben mijn wachtwoord vergeten!

Ho dimenticato la mia password.

Het wachtwoord is "Muiriel".

La parola d'accesso è "Muiriel".

Een wachtwoord is vereist.

È richiesta una password.

Wat is het wachtwoord?

Qual è la password?

Ik had het woord "wachtwoord" niet als mijn wachtwoord moeten gebruiken.

- Non avrei dovuto usare la parola "password" come password.
- Non avrei dovuto utilizzare la parola "password" come password.

Het huidige wachtwoord is "eosdigital".

La password attuale è "eosdigital".

Ik ben het wachtwoord vergeten.

Ho dimenticato la password.

Wat is het wifi-wachtwoord?

Qual è la password del Wi-Fi?

„123456” is een dikwijls gebruikt wachtwoord.

"123456" è una password usata di frequente.

Weet je wat het wifi-wachtwoord is?

- Sai qual è la password del Wi-Fi?
- Sa qual è la password del Wi-Fi?
- Sapete qual è la password del Wi-Fi?

God bestaat, maar hij vergat het wachtwoord.

- Dio esiste, ma ha dimenticato la password.
- Dio esiste, ma ha scordato la password.

Tom kan zijn wachtwoord niet meer herinneren.

Tom non ricorda la sua password.

Het wachtwoord dat u hebt ingetikt, is ongeldig.

- La password che hai inserito non è valida.
- La password che ha inserito non è valida.
- La password che avete inserito non è valida.

Zou je mij het wifi-wachtwoord kunnen vertellen?

- Mi potresti dire la password del Wi-Fi?
- Mi potreste dire la password del Wi-Fi?
- Mi potrebbe dire la password del Wi-Fi?