Translation of "Speelgoed" in French

- Zijn speelgoed is blauw.
- Haar speelgoed is blauw.

Son jouet est bleu.

Kinderen spelen met speelgoed.

Les enfants jouent avec les jouets.

Mijn speelgoed is kapot.

Mon jouet est cassé.

Dit is geen speelgoed!

Ce n'est pas un jouet !

Dieren zijn geen speelgoed!

Les animaux ne sont pas des jouets !

Die fabriek produceert speelgoed.

Cette usine produit des jouets.

Die fabriek maakt speelgoed.

Cette usine produit des jouets.

Deze fabriek produceert speelgoed.

- Cette usine produit des jouets.
- Cette usine fabrique des jouets.

Dit speelgoed is duur.

Ce jouet est cher.

- Dit stuk speelgoed is van hout.
- Dat speelgoed is van hout gemaakt.

- Ce jouet est fait en bois.
- Ce jouet est en bois.

Ze maken speelgoed in deze fabriek.

Ils fabriquent des jouets dans cette usine.

Al het speelgoed is van hout.

Les jouets sont tous en bois.

Ze denken dat het speelgoed is.

Ils pensent que c'est un jouet.

Dat speelgoed is van hout gemaakt.

- Ce jouet est fait en bois.
- Ce jouet est en bois.

Kinderen spelen met veel soorten speelgoed.

Les enfants jouent avec différents types de jouets.

Ze koopt een stuk speelgoed voor haar kind.

Elle achète un jouet pour son enfant.

Ze kocht een stuk speelgoed voor de jongen.

Elle a acheté un jouet pour le gosse.

Het kind, wiens speelgoed ik zoek, is mijn zoon.

L'enfant dont je cherche le jouet est mon fils.

- Dit stuk speelgoed is van hout.
- Het speeltuig is van hout.

- Ce jouet est fait en bois.
- Ce jouet est en bois.

Kerstmis is een goed moment om nieuw speelgoed op de markt te brengen.

Noël est une bonne période pour commercialiser de nouveaux jouets.

Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.

Si tu veux ce pistolet à eau, tu devras économiser pour te le procurer toi-même. Je ne peux pas continuer à t'acheter des jouets. Mon argent ne pousse pas sur les arbres.