Translation of "Kleed" in English

0.005 sec.

Examples of using "Kleed" in a sentence and their english translations:

- Kleed je uit!
- Kleed je uit.

Take off your clothes!

- Kleed je alsjeblieft aan.
- Kleed u alstublieft aan.

Please get dressed.

Kleed je om.

Change your clothes.

Kleed je aan!

- Put some clothes on.
- Get dressed!

Wat een mooi kleed!

Nice dress.

Kleed je snel aan.

Get dressed quickly.

- Kleed je om.
- Omkleden.

Get changed.

Ik kleed me uit.

- I'm undressing.
- I am undressing.

Kleed je warm aan.

Dress warmly!

- Kleed je aan!
- Aankleden!

Dress up!

- Ze droeg een lelijk kleed.
- Ze had een lelijk kleed aan.

She was wearing an ugly dress.

Ze droeg een wit kleed.

She wore a white dress.

Ze droeg een rood kleed.

- She wore a red dress.
- She was wearing a red dress.

Waarom kleed u zich aan?

Why are you dressing?

- Waarom kleed je je uit?
- Waarom kleed u zich uit?
- Waarom kleden jullie je uit?

Why are you undressing?

- Waarom kleed je je aan?
- Waarom kleed u zich aan?
- Waarom kleden jullie je aan?

Why are you dressing?

- Ze droeg een lelijk kleed.
- Ze had een lelijk kleed aan.
- Zij droeg een lelijke jurk.

She was wearing an ugly dress.

- Kleed je uit.
- Trek je kleren uit.

- Take off your clothes.
- Take off your clothes!
- Get undressed.

Normaal kleed ik me niet zoals nu.

I don't usually dress like this.

- Kleed je uit!
- Trek je kleren uit.

- Take off your clothes.
- Take off your clothes!

Normaal gesproken kleed ik me niet zo.

I don't usually dress this way.

Ik kleed me aan direct nadat ik heb ontbeten.

I'm getting dressed right after I eat breakfast.

- Ik kleed me uit.
- Ik ben me aan het uitkleden.

- I'm undressing.
- I am undressing.

- Ze droeg een wit kleed.
- Ze droeg een witte jurk.

She wore a white dress.

- Dit kleed staat u goed.
- Die jurk staat u goed.

That dress looks good on you.

Ik kleed me om voor ik naar het dansfeest ga.

I'll change before going to the dance.

- Ik zou dit kleed willen passen.
- Ik zou deze jurk willen passen.

- I'd like to try on this dress.
- I would like to try this dress on.
- I'd like to try this dress on.

- Ze kon zich moeilijk inhouden van lachen toen ze de jurk zag.
- Ze kon haar lach niet bedwingen toen ze het kleed zag.

She could hardly keep from laughing when she saw the dress.