Examples of using "Problem" in a sentence and their dutch translations:
Probleem opgelost!
Geen probleem.
- Er zijn geen problemen.
- Er is niets aan de hand.
zijn betere probleemoplossers
Dit probleem gaat me te boven.
Dit probleem is volledig opgelost.
Is er een probleem?
Niemand weet dat wij hieraan werkten
- Het probleem was te moeilijk voor mij om op te lossen.
- De vraag was te moeilijk voor mij om op te lossen.
Ik heb daar geen enkel probleem mee.
- Het probleem is vanzelf opgelost.
- Het probleem heeft zichzelf opgelost.
Dat is een probleem.
We kunnen motiverende feedback geven
Luchtvervuiling is een belangrijk probleem in dit land.
Is helemaal geen probleem, toch?
Deze opgave is te eenvoudig.
- Kan je moeilijk slapen?
- Kunt u moeilijk slapen?
Dit probleem kan op verschillende manieren opgelost worden.
Dit probleem is ontstaan door een wederzijds misverstand.
Ik weet niet wat ik met je moet doen. Als er een probleem is, moet het worden opgelost. Op zondag hebben we bijna de politie gebeld en de deur opengebroken. Je buren zullen dit niet langer meer dulden en de volgende keer zullen ze gewoon de politie bellen. Laat de situatie niet zo uit de hand lopen. Ze hebben ook gezegd dat je gestoord bent en dat ze net als op een vulkaan leven.