Examples of using "Zor" in a sentence and their dutch translations:
- Het is moeilijk om te leren.
- Het leren is moeilijk.
Erg lastig.
- Je bent taai.
- Je bent een harde.
Dat is moeilijk te zeggen.
Dit is moeilijk.
Het is moeilijk te geloven.
- Dit is moeilijk.
- Dit is hard.
Het is moeilijk te begrijpen.
Dat ziet er niet te moeilijk uit.
Dat is een mondje vol.
Dit is scherp.
Lastige beslissing.
dat het een uitdaging zou zijn.
Ze zijn lastig te combineren.
Het is moeilijk praten tegen hem.
Latijn is niet moeilijk.
Dat is moeilijk te beschrijven.
Die afstand is moeilijk te bepalen.
Het is niet moeilijk als je studeert.
Dat zal niet al te moeilijk zijn.
Het is heel moeilijk uit te leggen.
Het was niet zo moeilijk.
- Tom is problematisch.
- Tom is moeilijk.
Het is moeilijk gelukkig te worden.
Dat zal niet moeilijk zijn.
Italiaans is niet moeilijk.
Tom is slechthorend.
Tom is moeilijk te verslaan.
Islam is niet moeilijk.
En dat kan echt heel moeilijk zijn.
Ik had een moeilijke dag.
Is het moeilijk om Frans te leren?
Hebreeuws is een moeilijke taal.
- Vind je Engels moeilijk?
- Vind je het Engels moeilijk?
- Vind je dat het Engels moeilijk is?
- Vind je dat Engels moeilijk is?
Werken in die moeilijke omstandigheden,
Dit wordt moeilijk.
Lastige afweging. Het is jouw beslissing.
maar dit kan een lastige zijn.
Goede keuze. Hard werken.
dat ik nauwelijks kon ademhalen.
en het leven is zo zwaar.
die duivels moeilijk te behandelen zijn.
Dat is een van onze ultieme doelen, als het ware.
De olifanten kunnen amper zien.
Het is niet moeilijk om Engels te spreken.
Is het moeilijk om Engels te spreken?
- Engels leren is niet moeilijk.
- Engels is niet moeilijk te leren.
- Het is niet zo moeilijk als je denkt.
- Het is niet zo moeilijk als u denkt.
Het was een moeilijk probleem om op te lossen.
- Ik vond de test lastig.
- Ik vond de test moeilijk.
Hij vond het moeilijk om naar het eiland te zwemmen.
De reden die hij gaf, is moeilijk te begrijpen.
Het is een moeilijke situatie.
Ze ademde hevig.
We zitten in een moeilijke situatie.
Wiskunde is een moeilijk vak.
Het is heel moeilijk hem te verstaan.
Het was een erg zware training.
- Jouw zinnen zijn te moeilijk om te vertalen.
- Uw zinnen zijn te moeilijk om te vertalen.
- Jullie zinnen zijn te moeilijk om te vertalen.
Is het moeilijk om Grieks te leren?
Is het moeilijk om een vegetariër te zijn?
Frans is een moeilijke taal.
Wie heeft het moeilijke vraagstuk opgelost?
Is de Franse uitspraak moeilijk?
Is het moeilijk om Frans te leren?
Frans is moeilijk, toch?
Is het moeilijk om veganist te zijn?
Het is een moeilijke vraag.
Grieks is een moeilijke taal.
Is het moeilijk om Chinees te leren?
Ik weet dat het moeilijk is.
Esperanto is inderdaad niet moeilijk.
Ik kan me nauwelijks herinneren hoe mijn grootvader eruitzag.
Bob raakte aan zwaar werk gewend.
Het was niet moeilijk te begrijpen.
Dat is niet zo moeilijk om te doen.
Je vraag is heel moeilijk te beantwoorden.
Het zal moeilijk voor je zijn om Engels te spreken.
Nederlands leren is niet moeilijk.
Het is een moeilijke vraag.
Het werd moeilijk om buffels te vinden.
Dit is moeilijk.
Tom kan nauwelijks lezen.
Ik weet dat dit niet moeilijk is.
Is het moeilijk om Mandarijn te leren?
Dat is het moeilijke deel.
Tom is moeilijk te vervangen.
Is het een moeilijk werk?
Is Frans moeilijker dan Engels?
Hoewel het zeer moeilijk lijkt om Chinees te studeren is het niet zo moeilijk als je denkt.