Examples of using "собственный" in a sentence and their dutch translations:
- Hij stak zijn eigen huis in brand.
- Hij stak zijn eigen huis in de fik.
Dit is mijn eigen fiets.
Hij opende zijn eigen restaurant.
Hij heeft een eigen huis.
Hij stak zijn eigen huis in brand.
Wij willen ons eigen huis.
De citroen heeft een eigen smaak.
Tom heeft zijn eigen huis gebouwd.
- Ieder zijn ding.
- Over smaak valt niet te twisten.
op een manier die complementair is met onze eigen ervaringen.
Ik heb mijn eigen restaurant nu.
Esperanto heeft een eigen volkslied.
Zweden heeft zijn eigen taal.
- Wil jij jouw eigen restaurant openen?
- Wil je je eigen restaurant openen?
- Wilt u uw eigen restaurant beginnen?
Ze maken hun eigen licht en verlichten de zeeën.
Over smaak valt niet te twisten.
De onthoofding begon en de Jomsvikingen, die een eigen code hadden die hen verbood
Zweden heeft een eigen taal.