Examples of using "прыгает" in a sentence and their dutch translations:
Het paard springt.
Het paard springt.
Het meisje springt.
De jongen springt.
- De hond springt.
- De hond is aan het springen.
- De hond springt.
- De hond is aan het springen.
Kijk hoe de jongen springt.
De kangoeroe springt erg hoog.
Een oude vijver. Een kikker springt erin. Het geluid van water.
Een oude vijver. Een kikker springt erin. Het geluid van water.