Examples of using "печенье" in a sentence and their dutch translations:
Ik hou van koekjes.
- Ik heb koekjes gemaakt.
- Ik maakte koekjes.
Zij heeft koekjes gebakken.
Wie heeft alle koekjes gegeten?
Mama, Tom heeft mijn koekje opgegeten!
Ik heb koekjes.
Ik koop snoep en koekjes.
Mama liet de kinderen koekjes eten.
Mama, Tom heeft mijn koekje opgegeten!
Ik doop graag koekjes in melk.
Tom bood me een koekje aan, maar ik sloeg het af.
Tom gaf Marie een hartvormig koekje.
Wie wil er koekjes?
Tatoeba: Kom bij de duistere kant. Wij hebben chocoladekoekjes.
Ik heb liever koekjes of snoep dan alcohol, maar ik drink wel.