Examples of using "Придя" in a sentence and their dutch translations:
Toen ik thuiskwam, zag ik dat er ingebroken was.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee kwijt was.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee verloren had.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee verloren had.