Examples of using "Бельгии" in a sentence and their dutch translations:
- Kent u de hoofdstad van België?
- Kennen jullie de hoofdstad van België?
- Ken je de hoofdstad van België?
- Brussel is in België.
- Brussel ligt in België.
Brussel is de hoofdstad van België.
Zij studeerde in België.
- Kent u de hoofdstad van België?
- Kennen jullie de hoofdstad van België?
Zij werkt in België.
Ze werkte in België.
- Kent u de hoofdstad van België?
- Ken je de hoofdstad van België?
- Welke talen spreekt men in België?
- Welke talen spreken ze in België?
- Welke talen spreekt men in België?
- Welke talen spreken ze in België?
De man die je gisteren in mijn kantoor zag komt uit België.